De lange weg van de PCT; Deel 2

24-05-2022

Aantal dagen onderweg

  • Totale voortgang 15% 15%

Totaal aantal kilometers

De lange weg van de PCT; Deel 2

Vier weken zijn we onderweg. Vier weken van ups en downs waarin ik niet veel tijd en energie heb gehad om te schrijven. De zinderende hitte maakte ieder dag tot een uitputtingsslag. 5 uur opstaan, half 6 wandelen, rond 12 uur pauze en dan om 16 uur weer verder. Het gaf een prettig ritme aan de dagen, maar was ook ontzettend vermoeiend. Mentaal moest ik nog afscheid nemen van mijn werk en het dagelijks leven thuis. Tijdens de pauze sliepen we of maakten we kennis met de vele andere wandelaars op de route. Het is pas sinds een paar dagen dat ik rust in mijn lijf voel en dat niet iedere dag meer een uitputtingsslag is. Er komt ruimte om niet meer te denken en om wat te schrijven.

Onlangs passeerden we de 400 mijl (640 km). Een afstand die Marit nog nooit gelopen heeft en waarvan ik me eigenlijk ook niet kon voorstellen dat ik dat ooit nog zou kunnen met mijn knieën. We liepen de mijlpaal bijna achteloos voorbij. Het is ver, maar tegelijkertijd pas 15% van de route. Het voelde vreemd om het te vieren. Toch werd ik er even stil van en dacht ik terug aan álle wandelingen die ik heb moeten afbreken vanwege mijn zere knieën.

Het lopen gaat steeds gemakkelijker. Ik heb schoenen gevonden waarin ik geen blaren krijg en die niet al seen gevangenis voor mijn voeten voelen en loop al een paar dagen pijnvrij. Onlangs liepen we onze eerste marathon afstand. 42 kilometer op een dag. De volgende dag 35. Onze conditie wordt beter en we kunnen beter met de warmte omgaan. Afzien is het zeker ook nog als we 5 liter water moeten dragen, of dagen niet kunnen douchen. Maar de trail maakt ook alles weer goed. Regelmatig staan er mensen langs de route die ons wat te eten of drinken aanbieden.

Trail Magic laat zich niet voorspellen. Er zijn indicatoren die de kans erop vergroten, maar garanties heb je nooit. Vandaag is het zondag, niet te warm en we lopen langs een paar parkeerplaatsen aan de Highway 2. Dat zijn allemaal factoren die de kans op trail magic vergroten. Genoemde factoren, plus de campings aan de route, vergroten ook de kans op een drukke route met dreuzels ( een term uit Harry Potter voor mensen die niet toveren, die op de trail gebruikt wordt voor mensen die niet thru-hiken). Al snel zou blijken dat in ieder geval dat laatste aan de hand was.

We vertrokken toen Evi en Bleeder nog lagen te slapen en liepen in de vroege ochtendzon verder naar beneden. Al snel kwamen we de eerste groepen scouts tegen. Kleine jongens met verrassend genoeg veelal een Aziatisch uiterlijk sjouwden er grote rugzakken over de trail. Aan de manier waarop ze liepen en hoe ze hun tas ingepakt hadden ( het meeste leek erbuiten te hangen) was duidelijk dat ze maar kort onderweg hoefden te zijn. ‘Make trail!’riep de voorste en meteen sprongen ze allemaal aan de kant om ons er langs te laten. We kwamen zeker 4 groepen tegen op weg naar beneden.

Het bos waar we doorheen liepen was vorig jaar afgebrand in wat ze de Bobcat fire noemden. Blijkbaar krijgen de bosbranden hier net als de stormen bij ons een naam. Hoewel we al veel door afgebrand terrein hebben gelopen, voelde het vuur nog nooit zo dicht bij. Meestal waren er alweer struiken terug gegroeid of hadden sommige bomen alweer blad of groene naalden. Maar hier niet. Van de bomen was niet meer over dan het skelet; een stam en de grootste takken. Allemaal zwartgeblakerd en nog ruikend naar vuur. Ik streek met mijn hand langs een van de stammen en hij werd meteen zwart van het roet. Een stukje verderop staken de takken van struiken uit de zwartgeblakerde grond omhoog als armen van zombies die uit hun graf omhoog kruipen. Het voelde triest aan, er zo doorheen te lopen. En toch. Tussen alle zwartgeblakerde bomen en trieste struiken, ontstond ook al nieuw leven. Schattige kleine paarse bloemetjes bedekten hier en daar hele berghellingen, gele bloemen flankeerden het pad alsof ze een erehaag vormden voor de wandelaars en als ik goed keek zag ik sommige struiken al voorzichtig uitlopen. De bosbranden horen hier bij de natuur en de biodiversiteit. Leven en dood zijn in de natuur nog meer met elkaar verbonden dan in de stad.

Via meer haarspeldbochten dan we kunnen tellen komen we uiteindelijk bij de eerste parkeerplaats uit. Aan een picknicktafel maken we ontbijt; havermout en een verse sinaasappel die we uit het dorp hebben meegenomen. We maken een praatje met wat andere wandelaars. Rocket heeft lichtblauwe haren en komt uit Londen. Hij stapt net op als we aankomen lopen. De andere man blijft nog wat langer zitten. Hij is fors en naar blijkt ook al 45 dagen onderweg. Wij zitten op dag 24. Hij neemt zijn tijd. ‘I’m one of the slow fat people’, zegt hij als hij opstaat. We gaan een pittige klim tegemoet. ‘Ik zie jullie waarschijnlijk over een minuut of 40 als ik naast de trail naar adem lig te happen.’ Hij zwaait zijn zware rugzak over zijn schouders en zet zijn cowboyhoed op. ‘See you on trail!’ Langzaam begint hij aan de klim. Als Marit en ik net ons ontbijt op hebben komt een een vrouw naar ons toe. ‘Lopen jullie de pct?’ vraagt ze. Reken maar dat we dat doen. ‘We komen net aan met een bus met eten om trail magic te doen. We zijn nog een beetje aan het uitpakken, maar jullie mogen er al bij komen hoor!’ Daar kunnen we geen nee tegen zeggen.

Chris, de initiator van het geheel, is goed voorbereid. Er is van alles. Drinken, fruit, groeten, boterhammen met beleg. Om half 10 drink ik mijn eerste bier. Voorlopig zijn we nog niet weg. De scouts worden met trompetgeschal onthaald op de parkeerplaats, maar ze kijken toch enigszins jaloers naar wat ons aangeboden wordt.

Na een uur besluiten we toch maar te gaan lopen. De bult op, 500 meter klimmen, om meteen weer net zo ver te dalen. Daarna moeten we een stuk over de weg lopen. Een deel van de route is afgesloten omdat de kikkerstand weer op pijl moet worden gebracht. We lopen een uur langs de weg en genieten van het gemak waarmee dat gaat. Op een camping lunchen we en wachten we op Evi en Bleeder voor het laatste stuk van de dag. Onder een heldere hemel tekenen zich savonds de eerste sterren af terwijl er aan de horizon nog een oranje gloed hangt. Een licht briesje waait door inze tent en doet ons diep de slaapzak in kruipen. Grote kans dat het vannacht weer tegen het vriespunt wordt.

 

Verhalen van onderweg